Een consortium onder leiding van verfproducent Van Wijhe ontwikkelde met een bijdrage uit de regeling Grote R&D samenwerkingsprojecten een technologie om hout en kunststof op lagere temperaturen te poedercoaten.
LEAP – Engels voor sprong – is de naam van het projectplan dat het consortium rond Van Wijhe indiende. Voor de verfproducent uit Zwolle is poedercoaten dan ook een flinke sprong, erkent new business development manager Bram Fieten. "We voorzagen dat poedercoaten een alternatief kon worden voor onze houtlakken. Dan kun je wachten tot de concurrentie een stap zet, maar wij besloten de sprong te wagen. Zo loop je in elk geval voorop, zowel op het gebied van innovatie als van duurzaamheid. Poedercoaten op lage temperaturen zorgt voor een extra CO2-besparin van circa veertig procent".
Dynamiek
Samen met grondstoffenleverancier Nuplex en eindgebruikers Lenferink Industriële Houtcoating, Weekamp Deuren en Kamp Coating diende Van Wijhe het projectplan voor LEAP in. Elke partner had zijn eigen belang. Dat varieerde van de ontwikkeling van een nieuwe grondstof (Nuplex) tot het poedercoaten van combimaterialen en van houten deuren en gevelonderdelen. Die gevarieerde samenstelling zorgde voor een prettige dynamiek. Hoewel het geen lid van het consortium was, gaf het Polymer Science Park belangrijke adviezen over de beheersing van de temperatuur van het poeder. Een subsidieaanvraag geeft een samenwerkingsverband een extra dynamiek, vindt Fieten. "En dat is zeker niet alleen een kwestie van geld. Tijdens het schrijven van de aanvraag wordt je gedwongen om de samenwerking goed vorm te geven. Je zet weloverwogen een stip op de horizon en spreekt af hoe je daar naartoe werkt. Het doel en de verwachtingen zijn dan duidelijk. Stoppen als een eerste resultaat niet positief is, wat bij andere projecten wel eens gebeurt, is niet aan de orde. Je rondt het project gezamenlijk af. Die combinatie van financiën en commitment vormt voor mij de meerwaarde van een subsidieaanvraag."
Houtindustrie
LEAP eindigt eind 2018 en de resultaten zijn veelbelovend. Al lopen de zaken bij innovatie toch vaak net anders, is Fietens ervaring (zie ook het Anorachproject). "Bij een subsidieaanvraag beschrijf je hoe de wereld er over drie jaar uit zal zien. Vooraf dachten we dat het grootste toepassingsgebied de houtindustrie zou zijn. Dat denken we nog steeds, want poedercoaten biedt veel voordelen op het gebied van duurzaamheid en besparing van productietijd. Ook het coaten van Europees zachthout, zodat het even duurzaam wordt als tropisch hardhout is een belangrijke kans. We merken dat de industrie nog aan het idee moet wennen en dat ook belangrijke keurmerken nog niet passen voor het poedercoatproces. Als dat geregeld is, zullen veel houtbedrijven in coatinglijnen gaan investeren."
Aan de andere kant is er veel meer belangstelling uit sectoren die met combinaties van kunststof en metaal werken, zoals de automotive- en de (agrarische) werktuigenindustrie. Fieten:"Met onze technologie kun je auto-onderdelen van bijvoorbeeld staal en kunststof in één procesgang coaten. Dat biedt de nodige perspectieven." Inmiddels heeft de technologie ook buiten het bereik van het project al een toepassing gevonden. De metalen leuningen van de beeldbepalende – en volledig duurzame – nieuwe Boekelosebrug in Hengelo, worden op lage temperatuur gepoedercoat.